Kia Rio review
Kia Rio DC
De DC-generatie van de Kia Rio komt in 2000 op de markt, slechts zeven jaar nadat Nederland voor het eerst kennis heeft gemaakt met het merk. Zoals meer Kia’s uit de tijd vóór Peter Schreyer, is het bepaald geen knapperd. Wel is het een bijzonder voordelige manier van autorijden. Met de 75 pk uit de 1.3-liter benzinemotor moet je geen haast hebben. Ook de 96 pk van de 1.5-liter benzinemotor (die met automaat leverbaar is) is geen wereldschokkend vermogen. Beide kunnen echter prima overweg met de rond een ton wegende DC Rio. Hij is er als vijfdeurs hatchback en sedan. Na de facelift in 2003 oogt de auto iets netter, maar een esthetisch wonder wordt het nooit. De benzinemotoren worden een fractie krachtiger en vooral zuiniger. Ook behoren zaken als ABS en remkrachtverdeling vanaf de facelift tot de standaarduitrusting.
+ Je rijdt er voor een habbekrats in weg.
+ Hij doet en heeft alles wat je mag verwachten van een auto met deze leeftijd.
+ Zeker modellen na de facelift hebben een nette uitrusting.
- Inmiddels is dit model behoorlijk verouderd en dat merk je aan alles.
- De besturing mist scherpte.
- Vooral van modellen van vóór de facelift is het rijgedrag verre van verfijnd.
Kia Rio JB
Met de JB-generatie maakt de Kia Rio in 2005 een flinke metamorfose door. De auto is in alle opzichten een grote sprong voorwaarts ten opzichte van zijn voorganger. Vanaf de JB Kia Rio besluit de importeur de sedan niet meer naar Nederland te halen. In andere markten, waar kopers wel zitten te springen om zo’n vierdeurs, blijft de sedan leverbaar. De auto groeit in alle opzichten, wat uiteraard de inzittenden ten goede komt. Er komt voor de kilometervreter een diesel in de prijslijsten; een 1.5-liter CRDi met 110pk. Op benzine kun je 97 pk uit een 1.4 of 112 pk uit een 1.6 krijgen. Automaatje erbij? Dat beperkt je motorkeuze niet; alle drie de motoren bieden deze mogelijkheid. Ondanks zijn goede papieren, loopt de Nederlandse koper niet echt warm voor de JB Kia Rio. Ten opzichte van andere generaties (zelfs zijn voorganger) verkoopt hij het minst.
+ Hij is een stuk ruimer dan zijn voorganger.
+ In het interieur is het lekker stil.
+ Het rijgedrag is prima.
- Hij is wat anoniem vormgegeven.
- Het occasionaanbod houdt bepaald niet over.
- De automaat is geen aanrader.
Kia Rio UB
De beste verkoopcijfers zijn voor de UB-generatie van de Kia Rio. In 2011 wordt deze geïntroduceerd. Opnieuw krijgen wij geen sedan. Wel komt er een heuse driedeurs in de prijslijsten. Zijn succes is mede te danken aan belastingvoordelen die in die tijd gelden op auto’s met een CO2-uitstoot van minder dan 109 gram per kilometer. Die zorgen voor een run op dergelijke auto’s, waaronder deze UB Kia Rio. Zowel de 84 pk sterke 1.2-liter benzinemotor als de 75 pk sterke 1.1 CRDi dieselvariant profiteren hiervan. Beide 1.4-liter motoren, de 90 pk sterke diesel en 109 pk sterke benzine, doen dit niet. Laatstgenoemde is overigens de enige die met automaat te krijgen is. In 2015 volgt een facelift, waarbij het uiterlijk strak wordt getrokken. Twee jaar later wordt de UB Kia Rio opgevolgd. De driedeurs is dan al een jaar niet meer te krijgen.
+ Opnieuw is de Rio op veel, zo niet alle, punten flink verbeterd.
+ De driedeurs is als occasion een onbemind buitenkansje.
+ Je krijgt, zoals wel vaker bij Kia, veel waar voor je geld.
- Kia monteert in de UB-generatie nog steeds een starre achteras en dat voel je.
- De besturing mag wat meer gevoel hebben.
- Gebruikte materialen in het interieur lopen achter op die van de concurrentie.
Kia Rio YB/SC
Wie de YB of SC-generatie van de Kia Rio ziet, herkent hem duidelijk als opvolger van de UB-generatie. De in Europa uitsluitend als vijfdeurs hatchback geleverde B-segmenter is, zoals bijna elke nieuwe auto, gegroeid ten opzichte van zijn voorganger. Hoewel het front scherper oogt, komt het uiterlijk als geheel zachter over dan van de Rio die hij aflost. In het eerste jaar is er een 1.4-liter benzinemotor met 100 pk en automaat naast de 100 pk en 120 pk sterke 1.0-liter turbobenzinemotoren leverbaar. Het daaropvolgende jaar wordt de 120 pk sterke 1.0 leverbaar met automaat en verdwijnt de 1.4. Ook de 1.4-liter diesel (90 pk) staat maar anderhalf jaar in de prijslijsten. In 2020 volgt een facelift. De uiterlijke veranderingen vallen in het niet bij de innerlijke wijzigingen. Zo meten de enige nog beschikbare krachtbronnen 1.0 liter en zijn ze voorzien van mild-hybrid techniek.
+ De YB/SC-generatie rijdt beter dan zijn voorgangers.
+ Het onderstel is comfortabel, maar de auto stuurt ook fijn.
+ Vanbinnen is het allemaal strak en netjes vormgegeven.
- Je hebt nog steeds niet dezelfde kwaliteitsbeleving als bij zijn concurrenten.
- De viertraps(!) automaat is op nieuwe modellen een dure optie en geen aanrader.
- De buitenkant is, zeker in vergelijking met andere Kia’s, erg braaf.
Kia Rio review
Hoewel hij al heel wat generaties kent, kan elke Kia Rio (net als veel van zijn merkgenoten) in twee woorden worden samengevat: onterecht onbemind. Hij doet vrijwel alles goed en niets fout. Toch kiest het gros van de kopers voor andere modellen met een net iets bekendere badge op de neus.Waarom dat jammer is, lees je in deze review van de Kia Rio.
Rijgedrag Kia Rio
Zoals gezegd, doet de Rio niets fout. Waar hij echter het minst goed in is, is rijden. Hoewel de YB/SC-generatie prima stuurt, is er al een te lange lijn aan niet al te inspirerend rijdende Rio’s aan voorafgegaan. Het rijdt zeker niet slecht en al helemaal niet voor de gemiddelde bestuurder. Wil je echter wat meer uitgedaagd worden, dan ben je bij de concurrenten beter af.
Betrouwbaarheid Kia Rio
Waar de Kia Rio al sinds zijn ontstaan in uitblinkt, is betrouwbaarheid. Niet voor niets geeft Kia op nieuwe auto’s zeven jaar garantie mee. Zelfs de oudste modellen uit de DC-generatie stranden zelden tot nooit langs de weg. Mocht het toch gebeuren, dan gaat het meestal om een klein probleempje. Van een (goed onderhouden) Kia Rio mag je dus verwachten, dat hij het lang blijft doen!
Kosten Kia Rio
De aanschafkosten lopen nogal uiteen, zoals dat bij elk langlopend model het geval is. Dus wat wil je: een duurder, nieuwer exemplaar met alle toeters en bellen of een ouder, meer spartaans model? Wat vervolgens voor elke Rio geldt, is dat de gebruikskosten laag zijn.